PBL/CBS Regionale bevolkings- en huishoudensprognose 2019-2050: demografische veronderstellingen

10-09-2019 | Publicatie

In september 2019 is voor de zevende keer de PBL/CBS Regionale bevolkings- en huishoudensprognose uitgebracht. In dit artikel wordt ingegaan op de veronderstellingen van deze prognose. De veronderstellingen hebben betrekking op de regionale variatie in geboorte, sterfte, immigratie en emigratie. Daarnaast zijn er veronderstellingen opgesteld over verhuizingen, die een belangrijke component vormen voor de gemeentelijke bevolkingsontwikkeling. Tot slot zijn er veronderstellingen opgesteld over vier processen in de levensloop van mensen, ten behoeve van de prognose van de ontwikkeling van het aantal huishoudens.

Duidelijke verschillen tussen grote steden en plattelandsgemeenten

Er is sprake van een duidelijke variatie tussen gemeenten met betrekking tot de componenten van bevolkingsgroei en in de huishoudensdynamiek. De vruchtbaarheid en de levensverwachting is relatief laag in de grote steden. Daarentegen trekken de grote steden veel mensen uit andere Nederlandse gemeenten en immigranten, terwijl vanuit deze steden ook weer veel mensen vertrekken. De plattelandsgemeenten trekken weinig immigranten en de dynamiek van binnenlandse verhuizingen ligt hier laag. De gemiddelde leeftijd bij uit huis gaan van kinderen ligt laag in gemeenten die relatief ver buiten de Randstad liggen. Het gaan samenwonen vertoont daarentegen weinig regionale variatie, terwijl in de grote steden paren vaker uit elkaar gaan dan op het platteland.