Energiebesparing in de woningvoorraad

Financiële consequenties voor corporaties, huurders, eigenaren-bewoners en Rijksoverheid

In het kader van het Energieakkoord is afgesproken om de woningmarkt een reductieopgave van 62 PJ (PetaJoule) mee te geven, wat betekent dat woningen voor het einde van 2020 energiezuiniger moeten worden gerenoveerd. In de studie ‘Energiebesparing in de Woningvoorraad’ vertaalt het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) deze opgave naar de concrete investeringen die daarvoor nodig zijn en de consequenties, voor zowel eigenaars en gebruikers van woningen als de Rijksoverheid. In de koopsector levert de verduurzamingsopgave financieel weinig op. In de huursector is de investeringsdoelstelling wel haalbaar: corporaties kunnen de investeringen dragen en huurders gaan er in sommige gevallen zelfs licht op vooruit.

Reductieopgave voor de woningmarkt

De studie werkt de reductieopgave van 62 PJ voor de woningmarkt uit voor twee mogelijke investeringspaden. Wanneer men streeft naar grote renovaties resulterend in een gemiddeld jaargebruik van nul op de energiemeter (‘nul-op-de-meter’), dan moeten er 508.000 corporatiewoningen en 660.000 koopwoningen worden gerenoveerd. Dit betekent een financieringsopgave van ten minste € 44,9 miljard. In het geval van renovaties met kleine labelstappen tot energielabel B, dienen 1.131.000 corporatiewoningen en 1.062.000 koopwoningen gerenoveerd te worden voor in totaal € 28,1 miljard. Het rapport toont aan dat de financieringslasten voor de woningmarkt soms net wel en soms net niet opwegen tegen de te verwachten besparing.

Haalbaarheid verduurzaming in de corporatiesector

Verduurzaming van de woningmarkt heeft de meeste kans van slagen in de huursector. PBL concludeert voor beide investeringspaden dat corporaties die daartoe bereid zijn, voldoende draagkracht hebben om de noodzakelijke investeringen te realiseren. Er is dan sprake van een win-win situatie voor zowel corporaties als huurders, indien corporaties niet alle kosten van de investering doorrekenen aan de huurder. Het Rijk loopt bij beide trajecten een fors bedrag aan energiebelasting mis, maar ontvangt een – in dit rapport niet berekende – hoeveelheid aan extra belastinginkomsten uit onder meer bouwactiviteit.

Haalbaarheid verduurzaming in de koopsector

In de koopsector ligt het minder voor de hand dat de verduurzamingsopgave kan worden gerealiseerd. Als gevolg van de forse prijsdalingen staan veel eigenaar-bewoners financieel onder water: in deze situatie is geld bij lenen om te investeren in de eigen woning moeilijk. Daarnaast dekt de te verwachten besparing voor eigenaar-bewoners bij de huidige lage rente en energielasten niet of nauwelijks de financieringslasten, ongeacht het gekozen investeringspad. Een grote financiële prikkel om te verduurzamen hebben eigenaar-bewoners dus niet.

Doelstellingen Energieakkoord 2020

Het Energieakkoord met doelstellingen voor het jaar 2020 is een tussenstap op weg naar een klimaatneutrale woningvoorraad in 2050. De analyses in dit rapport bieden inzicht in de mogelijkheden om de doelstellingen uit het Energieakkoord te realiseren. Hierbij is alleen gekeken naar het deel van de investering dat rechtstreeks samenhangt met verduurzaming. Om de efficiëntste route voor de lange termijn te bepalen is meer inzicht nodig in het gedrag van gebruikers, de ontwikkeling van de huidige technieken en handelingsopties voor het beleid.

Auteurs

Frans Schilder, Manon van Middelkoop en Ruud van den Wijngaart

Kenmerken

Publicatietitel
Energiebesparing in de woningvoorraad
Publicatiedatum
28 Juli 2016
Publicatie type
Publicatie
Publicatietaal
Nederlands
Productnummer
1888