Monitor infrastructuur en Ruimte 2018

Nieuws

Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) streeft in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) naar een concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig Nederland. Het PBL (Planbureau voor de Leefomgeving) monitort om de twee jaar dit doelbereik in de Monitor Infrastructuur en Ruimte (MIR).Het PBL brengt de MIR uit in samenwerking met het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM), het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE). Alle indicatoren zijn met een uitgebreide toelichting ook opgenomen in het Compendium voor de Leefomgeving (CLO).

Meeste economische en mobiliteitsdoelen gehaald

De Monitor Infrastructuur en Ruimte 2018 (MIR) laat zien dat veel van de economische en mobiliteitsdoelen van de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) (vrijwel) zijn gehaald. Denk daarbij aan het versterken van de concurrentiekracht van stedelijke regio’s, het vergroten van het aanbod van infrastructuur en de toegenomen beschikbaarheid van het autosnelwegennet.

Agglomeratiekracht toegenomen, maar verstedelijking aan stadsranden heeft deze groei afgeremd

De agglomeratieomvang is, naast de daar aanwezige private kennis, de belangrijkste concurrentiefactor voor de Nederlandse regio’s. Juist op deze factoren scoren zij laag ten opzichte van die Europese regio’s waar zich de directe concurrenten bevinden van de bedrijven in de Nederlandse regio’s.
Wel is bij de agglomeratieomvang een verbetering zichtbaar. Wonen en werken raakten meer geconcentreerd. De nabijheid van wonen en werken is in de periode 1996-2016 toegenomen met ongeveer 4 procent. De grootste toename van arbeidsplaatsen en bevolking vond namelijk plaats in stedelijke regio’s. Zowel de verdeling van de bevolking over provincies (sterkere groei van de Randstadprovincies) als die verdeling over gemeenten (sterkere groei van de centrale steden) hebben bijgedragen aan een grotere nabijheid van wonen en werken.
De verbetering van de nabijheid is echter enigszins getemperd, doordat een belangrijk deel van deze groei plaatsvond aan de stadsranden. De werkgelegenheid blijft nog steeds vooral groeien op autolocaties. Wat betreft de ontwikkeling van het aantal inwoners in relatie tot de ligging van infrastructuur is een kentering te zien. Was de toename lange tijd het grootst op autolocaties, de laatste jaren is deze groter op multimodaal (auto + openbaar vervoer) goed ontsloten locaties.

Toepassing Ladder voor duurzame verstedelijking

De toepassing van de ‘Ladder voor duurzame verstedelijking’ in bestemmingsplannen is sinds de publicatie van de SVIR sterk verbeterd. Waar de ladder in de periode 2012-2014 in 72 procent van de bestemmingsplannen in het geheel niet werd toegepast, blijkt dat in de periode 2016-2018 in nog slechts 6 procent van de bestemmingsplannen het geval. Met deze ladder beoogt de overheid onder andere om verstedelijking zoveel mogelijk in bestaand stedelijk gebied te laten plaatsvinden.

Duurzaamheidsdoelen

Nederland haalt veel doelen op het gebied van duurzaamheid, natuur en water nog niet. Het gaat dan om doelen op het gebied van hernieuwbare energie, waterveiligheid, natuur en om natuurgerichte milieu- en waterdoelen. Nederland is van alle Europese landen het verst verwijderd van de Europees afgesproken doelstelling voor hernieuwbare energie.