Bijdrage van landen aan klimaatverandering

Publicatie

Discussies in de VN-klimaatonderhandelingen focussen meestal op de vraag welke landen het meest bijdragen aan klimaatverandering. In een recent artikel betogen onderzoekers van PBL, Ecofys en JRC dat er verschillende manieren zijn om die bijdragen te berekenen, met zeer uiteenlopende resultaten.

Bijdrage van landen aan klimaatverandering wordt sterk bepaald door de broeikasgasemissies over de twee laatste decennia

Voor de berekeningen hebben de onderzoekers van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), Ecofys en het Joint Research Centre (JRC) van de Europese Commissie gebruik gemaakt van de EDGAR emissie data van landen over de periode 1970-2010, gecomplementeerd met de MATCH dataset voor de periode 1850-1970. Voor de periode 201 en 2030 is een emissieprojectie gebruikt komende uit de OECD Environmental Outlook to 2030. De periode tussen 1990 en 2010 levert een grote bijdrage in de cumulatieve broeikasgasemissies van landen, in het bijzonder geldt dit voor de ontwikkelingslanden. De resultaten laten bijvoorbeeld zien dat in de komende decennia de bijdrage van China groter zal worden dan die van de Verenigde Staten en de EU-27.

Bijdrage ontwikkelingslanden aan klimaatverandering nadert 50%

Wanneer je de uitstoot van alle broeikasgassen tussen 1850 en 2010 meerekent is de relatieve bijdrage aan mondiale cumulatieve uitstoot door ontwikkelingslanden, als groep, nu 48%. De groep industrielanden is verantwoordelijk voor 52%. Het aandeel van ontwikkelingslanden zal in 2020 waarschijnlijk 51% bedragen. Op enig moment dit decennium zal het aandeel van ontwikkelingslanden in de cumulatieve historische emissies dat van industrielanden overstijgen.

Annex I niet-Annex I 
Industrie landen52.0Ontwikkelingslanden48.0
Verenigde Staten18.6China11.6
EU2717.1India 4.1
Russische Federatie 7.2Brazilie3.9
Japan 2.8Indonesie4.8
Australie & New Zeeland 1.7Zuid- Korea0.6
Canada 1.9Mexico1.3
Andere Europese landen 1.1Nigeria0.6
Ukraine 1.5Saudi-Arabië0.4
  Zuid-Afrika0.8
  Turkije0.7
  Midden Oosten2.6
  Rest van Afrika5.7
  Overig Azië0.6
  Rest van Latijns-Amerika4.6
  Rest van Zuidoost-Azië5.7

Tabel: Bijdrage aan cumulatieve emissies (procentueel)volgens de referentieberekeningen, inclusief alle broeikasgasemissies voor de gehele periode 1850-2010.

Bijdrage van landen is sterk afhankelijk van de keuzes in de berekeningen

Wanneer bijvoorbeeld emissies uit het verleden niet meegeteld worden, als verdiscontering van technologische vooruitgang, komt  de relatieve bijdrage van sommige industrielanden lager en de bijdrage van sommige ontwikkelingslanden hoger uit, in totaal 52%. Deze variant houdt rekening met het feit dat opkomende economieën profiteren van technologieën die eerder elders zijn ontwikkeld. Een andere variant, één die vaak wordt gebruikt door experts uit ontwikkelingslanden, laat recente emissies (2000-2010), niet-CO2 broeikasgassen en CO2 uit landgebruik en bosbouw buiten beschouwing. Dit vergroot de relatieve bijdrage van de groep industrielanden tot 80%. Wetenschappelijk gezien heeft het echter de voorkeur om alle broeikasgassen mee te tellen, als ook de meest recente emissies; dit wordt ook als basis gebruikt in het artikel.

De resultaten uit het artikel tonen het belang aan van de keuzes die gemaakt worden wanneer historische bijdrage van landen aan klimaatverandering worden berekend. Deze keuzes moeten beleidsmakers maken bij de onderhandelingen over een nieuw internationaal klimaatverdrag. De helderheid over de implicaties van deze keuzes die dit artikel biedt kan overheden helpen dit te doen.

Auteurs

Michel G. J. den Elzen, Jos G. J. Olivier, Niklas Höhne, Greet Janssens-Maenhout

Kenmerken

Publicatietitel
Bijdrage van landen aan klimaatverandering
Publicatiedatum
31 oktober 2013
Publicatie type
Publicatie
Tijdschrift
Climatic Change
Productnummer
1098