Haalbaarheid nationale emissieplafonds in 2010

Publicatie

Als Nederland wil voldoen aan de luchtkwaliteitsnormen, zal het de Europese afspraken over nationale emissieplafonds moeten nakomen. Om de emissieplafonds in 2010 te halen, is het noodzakelijk dat Nederland allereerst het voorgenomen zwaveldioxidebeleid realiseert en daarnaast extra stikstofoxidenmaatregelen treft. Er blijken voldoende technische aanvullende maatregelen beschikbaar om de afgesproken emissieplafonds te halen, zoals het toepassen van schonere brandstoffen en verbrandingstechnologieën. Aan een aantal mogelijke maatregelen kleven echter wel nadelen zoals hoge kosten, een laag draagvlak bij de betreffende sector(en) of praktische bezwaren. Of het technische potentieel van een optie daadwerkelijk verzilverd gaat worden is afhankelijk van de keuzes in het nationale plan dat het kabinet in 2006 zal presenteren. Nederland stuurt dit plan eind 2006 aan de Europese Unie.

Emissieplafonds in 2010 technisch haalbaar

Kabinet maakt nationaal NEC-plan in 2006

De Europese NEC-richtlijn uit 2001, waarin nationale emissieplafonds zijn vastgelegd, verplicht lidstaten in 2006 een nationaal plan op te stellen dat aangeeft op welke manier de emissieplafonds voor zwaveldioxide, stikstofoxiden, ammoniak en vluchtige organische stoffen worden gehaald in 2010. Het Milieu- en Natuurplanbureau beoordeelt dit nationale beleidsplan en voorziet daarmee het kabinet van een onafhankelijke evaluatie. Deze evaluatie wordt eind 2006 gepubliceerd.

De basisgegevens voor het NEC-proces in 2006

Om de uitvoering van het proces in Nederland, dat zal leiden tot het nationale plan, in de beginfase van adequate informatie te voorzien, presenteert het MNP een aantal relevante basisgegevens. De basisgegevens betreffen:

  1. de emissieramingen en de (sectorale) beleidsopgaven voor de emissies van zwaveldioxide, stikstofoxiden, ammoniak en vluchtige organische stoffen en fijn stof voor 2010 op basis van het vastgestelde beleid uit de Milieubalans 2006;
  2. de raming voor de emissies van de NEC-stoffen en fijn stof voor 2020;
  3. het technische potentieel en de kosten van een aantal aanvullende opties;
  4. de verbetering van de luchtkwaliteit en deposities na het bereiken van de NEC-plafonds.

Raming NEC-emissies in 2010 uit de Milieubalans 2006

Uit de raming blijkt dat de NEC-plafonds voor zwaveldioxide en stikstofoxiden, uitgaande van het vastgestelde beleid en het Global Economy (GE) scenario, waarschijnlijk met ruim 15 miljoen kilogram worden overschreden. Het plafond voor ammoniak wordt mogelijk gehaald. Een belangrijke voorwaarde hierbij is dat de middelgrote bedrijven hun vee in 2010 dan in emissiearme stallen moeten hebben ondergebracht. Aanvullend onderzoek moet verder uitwijzen of de ammoniakemissie nog naar boven moet worden bijgesteld als gevolg van mogelijke hogere aanwendingsemissies. Het plafond voor vluchtige organische stoffen wordt waarschijnlijk gehaald. De sectorale taakstellingen worden overschreden bij de sectoren industrie, energie en raffinaderijen (zwaveldioxide en stikstofoxiden), verkeer (stikstofoxiden) en landbouw (ammoniak). Daarnaast wordt een aantal sectorale taakstellingen in kleinere sectoren overschreden.

Actuele ontwikkelingen in aanvullend beleid

In juni 2006 zijn de onderhandelingen tussen de overheid, het bevoegde gezag en de raffinaderijen over een sectoraal emissieplafond voor zwaveldioxide afgerond. Indien het door de raffinaderijen voorgestelde emissieplafond uit de oplegnotitie bij de Nederlandse Emissie Richtlijn (NeR) wordt gerealiseerd, zal de zwaveldioxide-emissie ten opzichte van de raming in 2010 met circa 10 miljoen kg dalen. Daarnaast wordt tussen de gezamenlijke energiebedrijven, verenigd in EnergieNed, en de overheid binnenkort een convenant afgesloten dat - indien het conform de afspraak wordt uitgevoerd - een restemissie van 13,5 miljoen kg in 2010 oplevert. Ten opzichte van de raming voor 2010 zal hiermee de zwaveldioxide-emissie met circa vier miljoen kg dalen. Wanneer dit voorgenomen beleid bij de raffinage- en de energiesector in 2010 wordt gerealiseerd daalt de zwaveldioxide-emissie, ten opzichte van de hier gepresenteerde raming, met circa 14 miljoen kg en komt het NEC-plafond voor zwaveldioxide binnen bereik.

Technisch potentieel opties

Uit het optiedocument (Daniëls en Farla, 2006a) blijkt dat er voldoende technische opties zijn om de resterende beleidsopgave voor zwaveldioxide en stikstofdioxide voor 2010 in te vullen. Met de opties voor zwaveldioxide en stikstofoxiden zijn reducties in 2010 mogelijk van respectievelijk circa 25 en 20-45 miljoen kg. Of het technische potentieel van een optie ook daadwerkelijk verzilverd kan worden, is afhankelijk van de instrumentatie en implementatie in het nationale NEC-plan dat het kabinet eind 2006 zal presenteren.

Emissieontwikkelingen tussen 2010 en 2020

In het economisch gunstige toekomstscenario ‘Global Economy’ nemen de emissies van zwaveldioxide, ammoniak en vluchtige organische stoffen tussen 2010 en 2020 toe. Dit komt door de veronderstelde volumegroei in combinatie met het niet verder aanscherpen van het huidige vastgestelde emissiereductiebeleid voor deze stoffen. Omdat overschrijding van de NEC-plafonds ook na 2010 niet is toegestaan, en de Europese voorstellen voor nieuwe emissieplafonds lager (zullen) liggen, zal er aanvullend Europees en/of nationaal beleid noodzakelijk zijn voor deze stoffen. Voor stikstofoxiden en fijn stof (PM2,5) nemen de emissies in de periode 2010-2020 wel verder af, vooral omdat het wagenpark nog steeds schoner wordt met het vastgestelde beleid.

Ontwikkeling luchtkwaliteit tot 2020

Naar verwachting zullen er in 2015 met het vastgestelde beleid nog steeds overschrijdingen plaatsvinden van de daggrenswaarde voor fijn stof en de jaargrenswaarde voor stikstofdioxide in grote steden in de Randstad en zuidelijk Nederland. Een belangrijke voorwaarde voor het oplossen van deze knelpunten rond 2015 is het implementeren van aanvullend lokaal, nationaal en Europees beleid waarmee de NEC-plafonds in 2010 kunnen worden gehaald, en de door de Europese Commissie voorgestelde plafonds in 2020.

Ontwikkeling depositie tot 2020

Wanneer Nederland in 2010 aan de NEC-emissieplafonds voldoet, zal 10-30% van het areaal Nederlandse natuur beschermd zijn tegen te hoge depositie van zuur en stikstof. De grote winst voor de natuur komt wanneer alle Europese landen de ambities uit de Europese thematische strategie voor luchtkwaliteit in 2020 realiseren. Dan kan het percentage natuur in Nederland dat is beschermd tegen te hoge depositie stikstof stijgen tot circa 30-50%.

Auteurs

Hammingh P , Aben JMM , Beck JP , Elzenga HE , Esbroek MLP van , Geilenkirchen GP , Gijsen A , Haan BJ de , Hinsberg A van , Hoen A , Jaarsveld JA van , Jimmink BA , Koelemeijer RBA , Nijdam DS , Maas RJM , Peek CJ , Smeets WLM , Zeijts H van - Hammingh P (eds)

Kenmerken

Publicatietitel
Haalbaarheid nationale emissieplafonds in 2010
Publicatiedatum
28 juni 2006
Publicatie type
Publicatie
Publicatietaal
Nederlands
Productnummer
91754