Monitoring voortgang verduurzaming voedselsysteem

Wat is relevant, gewenst en mogelijk?

De productie van het voedsel dat we eten heeft gevolgen voor de leefomgeving, zowel in Nederland als in andere landen. Dit achtergrondrapport richt zich op de vraag hoe de invloed van de Nederlandse voedselconsumptie (via de productie van dit voedsel) op de leefomgeving binnen en buiten Nederland - en mogelijke verandering hierin - in beeld kan worden gebracht. Het rapport bevat een voorstel voor een conceptueel kader voor een monitoringsystematiek om de voortgang van de verduurzaming van het Nederlandse voedselsysteem in beeld te brengen en een aantal uitgangspunten voor de rijksoverheid voor de ontwikkeling hiervan. Deze publicatie is een achtergrondrapport bij Dagelijkse kost, Hoe overheden, bedrijven en consumenten kunnen bijdragen aan een duurzaam voedselsysteem.

Lopende monitoring verduurzaming voedselconsumptie beperkt

Overheden en verschillende partijen in de samenleving hebben ambities en doelen om de invloed van de Nederlandse voedselconsumptie op de leefomgeving te verminderen, om zo te komen tot een duurzamer voedselsysteem. Het is dan ook wenselijk om te monitoren of hierin voortgang wordt geboekt. Op dit moment is dit beeld beperkt en sterk versnipperd. Er is een aantal lopende rapportages rondom voedselconsumptie en duurzaamheid, maar die hebben soms een beperkte reikwijdte. Bovendien worden de gegevens niet in alle rapportages elk jaar geactualiseerd.

Voorstel conceptueel kader voor monitoring

Het rapport bespreekt aan welke eisen indicatoren zouden moeten voldoen op het gebied van beleidsrelevantie, analytische degelijkheid, meetbaarheid, begrijpelijkheid en draagvlak. Ook zou de set van indicatoren recht moeten doen aan verschillende beelden die er in de maatschappij zijn van een duurzaam voedselsysteem. Het rapport geeft aan wat de mogelijke en beschikbare indicatoren voor effecten van voedsel op de leefomgeving zijn, maar ook dat monitoring van (verduurzamings)acties van partijen in het voedselsysteem zoals supermarkten, consumenten, investeerders belangrijk zijn. Acties van actoren, voedselconsumptie en -productie, en effecten dienen in samenhang gemonitord te worden.

Gezien bovenstaande zou het monitoringssysteem een veelheid aan indicatoren moeten omvatten. Hiervan is nog maar een klein deel operationeel, veel wordt er simpelweg nog niet gemonitord. Het is daarom aan te raden om bij het opzetten van de monitoringsrapportage te kiezen voor een groeimodel. Ook kan er door te kiezen voor een groeimodel gaandeweg worden geleerd en tijdig bijgestuurd. Eerste stap zou de monitoring van de land- en broeikasgasvoetafdruk van de voedselconsumptie kunnen zijn. In de loop van de jaren kan het monitoringssysteem worden uitgebreid. We stellen voor dat de overheid hierbij een regierol op zich zou kunnen nemen, onder andere bij de prioritering en facilitering van de ontwikkeling van nieuwe indicatoren. Dit kan in samenwerking met andere partijen uit het voedselsysteem zoals bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties. De overheid kan daarbij aansluiten bij bestaande initiatieven.

Auteurs

PBL Auteurs
Henk Westhoek Marijke Vonk

Kenmerken

Publicatietitel
Monitoring voortgang verduurzaming voedselsysteem
Publicatiesubtitel
Wat is relevant, gewenst en mogelijk?
Publicatiedatum
18 december 2019
Publicatie type
Rapport
Aantal pagina's
74
Publicatietaal
Nederlands
Productnummer
2146