Het landschap geduid 2023

Gebruiksmogelijkheden en verdere ontwikkeling van de Monitor Landschap en de Monitor Kustpact

Op verzoek van het Ministerie van BZK brengt het PBL elke twee jaar de resultaten van de Monitor Landschap en de Monitor Kustpact in kaart. Het PBL onderzocht ditmaal ook specifiek de groei van distributiecentra en recreatiewoningen vanwege toenemende zorgen in de maatschappij hierover. 

Grootschalige bedrijfsgebouwen

In Nederland staan per 1 januari 2021 zo’n 39.000 gebouwen met een oppervlakte groter dan 2.500 m2. Tussen 2016 en 2021 is dit aantal grote gebouwen met 7 procent toegenomen. De oppervlakte die deze gebouwen innemen is daarbij toegenomen met bijna 10 procent, van 20.601 tot 22.591 hectare. Dat houdt in dat vooral het aantal heel grote gebouwen (groter dan 2 hectare per gebouw) is toegenomen. 

De laatste decennia hebben achtereenvolgende kabinetten bewust ingezet op het verder stimuleren van Nederland als distributieland door de aanleg van extra infrastructuur, en via fiscale stimulansen en de flexibilisering van de arbeidsmarkt.. Nederland heeft daardoor een relatief hoog aantal vierkante meters distributiecentra per inwoner, ongeveer tweemaal zoveel als buurland Duitsland. Het aantal distributiecentra zal in de komende tijd nog verder toenemen. In het hele land, maar vooral in het westen, midden en zuiden van Nederland zijn hiervoor al bouwvergunningen verleend. 

Vanuit ruimtelijke overwegingen of om de circulaire economie te stimuleren kan een (bij)sturing van de ontwikkeling van distributiecentra wenselijk zijn. Het is dan raadzaam om niet alleen als provincies met ruimtelijke instrumenten te laten sturen op de locaties van grootschalige distributiecentra, maar om ook als rijksoverheid te sturen op de ruimtevraag naar grootschalige distributiecentra door het stimuleringsbeleid van Nederland Distributieland bij te stellen. 

Recreatiewoningen

Op 1 januari 2022 telde Nederland 127.851 recreatiewoningen, 20.375 standplaatsen (voor chalets of stacaravans) op vakantieparken, en 14.912 woningen op vakantieparken. Dat kunnen recreatiewoningen zijn waar permanente bewoning is toegestaan of woningen van bijvoorbeeld beheerders van een camping. Tussen 2017 en 2022 nam het aantal recreatiewoningen in Nederland met 8,7 procent toe. De toename van het aantal recreatiewoningen was in absolute zin het grootst in de provincie Zeeland, en in relatieve zin in de provincie Limburg.

Bij de ontwikkeling van grotere complexen springen sommige regio’s er duidelijk uit. In Zeeland en op Goeree-Overflakkee nam het aantal recreatiewoningen niet alleen toe in de kustzone, maar ook langs de Deltawateren. Ook elders in Nederland laten de randen van de grote wateren en rivieren een opvallende toename van het aantal recreatiewoningen zien, zoals in Noord-Holland langs het Markermeer, in Gelderland aan het Veluwemeer en in Limburg langs de Maas. Verder valt de toename van het aantal recreatiewoningen in Noord-Brabant ten zuiden van Tilburg en in het Limburgse Heuvelland op. 

De vraag naar recreatiewoningen wordt niet alleen gedreven door een behoefte aan recreatieve woningen. Een deel van de vraag ontstaat doordat bestaande recreatiewoningen voor andere doeleinden worden gebruikt, zoals permanente bewoning of huisvesting van arbeidsmigranten. Ook een behoefte aan investeringsobjecten leidt tot extra vraag naar recreatiewoningen. De lage rentestand in de afgelopen jaren heeft bijvoorbeeld een belangrijke rol gespeeld in de groei van de markt voor recreatiewoningen. De sterke groei van recreatiewoningen heeft dus diverse oorzaken, waarvan slechts een deel kan worden beïnvloed door de inzet van ruimtelijke instrumenten. Als Rijk en provincies de ontwikkeling van recreatiewoningen willen bijsturen, is een combinatie van omgevingsbeleid en andere, financiële, beleidsmaatregelen noodzakelijk.

Ontwikkelopgave voor de Monitor Landschap en de Monitor Kustpact

In deze eerste editie van ‘Het landschap geduid’ heeft het PBL allereerst de kwaliteit van de data in de Monitor Landschap en de Monitor Kustpact onderzocht. Uit dit onderzoek blijkt dat beide monitors nog een aanzienlijke weg te gaan hebben. Op dit moment zijn veel van de indicatoren nog niet geschikt voor monitoring. De aanwezige 'ruis' in de data maakt het moeilijk om de werkelijke veranderingen in het veld te onderscheiden van administratieve veranderingen (bijvoorbeeld veranderingen in de meetmethode of verbeteringen in de gegevens) bij het vergelijken van gegevens uit verschillende jaren.

Auteurs

PBL Auteurs
Rienk Kuiper Hans van Amsterdam Frank van Dam

Kenmerken

Publicatietitel
Het landschap geduid
Publicatiesubtitel
Gebruiksmogelijkheden en verdere ontwikkeling van de Monitor Landschap en de Monitor Kustpact
Publicatiedatum
9 oktober 2023
Publicatie type
Rapport
Aantal pagina's
65
Publicatietaal
Nederlands
Productnummer
5119