Grootschalige concentratie- en depositiekaarten Nederland. Rapportage 2017

Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) presenteert jaarlijks een update van kaarten waarin de concentraties van luchtverontreinigende stoffen in Nederland tot 2030 worden weergegeven. Ditzelfde wordt ook gedaan voor de mate waarin stikstof op de bodem neerslaat. Het PBL doet onder andere de ramingen van de emissies. In dit rapport worden de nieuwe kaarten besproken.

De Grootschalige Concentratie- en Depositiekaarten Nederland (GCN/GDN) worden gebruikt voor de monitoring van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) en de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS). Hiermee worden onder andere de effecten van ruimtelijke plannen getoetst.

Het PBL doet de ramingen van de emissies in het GCN-kader en stelt samen met TNO de uitstoot door verkeer vast voor berekeningen van luchtkwaliteit. Daarnaast levert het PBL inhoudelijke ondersteuning en advies op het gebied van fijn stof.

Stikstofdioxideconcentraties: in 2016 iets hoger, maar in 2030 lager dan vorig jaar ingeschat

De gemeten concentraties stikstofdioxide (NO2) waren in 2016 hoger dan in 2015 als gevolg van meteorologische omstandigheden, zoals temperatuur en overheersende windrichting. De raming voor 2020 is gemiddeld over Nederland gelijk aan de raming die vorig jaar is gemaakt. De raming voor 2030 is lager dan eerder was geschat. Dit komt doordat de geraamde uitstoot van stikstofoxiden lager i geschat dan vorig jaar als gevolg van nieuwe, strengere regels voor de uitstoot van zeeschepen op de Noordzee na 2020. Dit wordt toegelicht in de PBL-notitie ‘Emissieramingen luchtverontreinigende stoffen Nederland, rapportage 2017’.

Grotere verwachte daling van neerslag stikstof op de bodem tot 2030

De gemiddelde hoeveelheid stikstof die op de bodem neerslaat, daalt naar verwachting de komende jaren. Dit komt doordat de uitstoot van verkeer, scheepvaart en de landbouw daalt. De hoeveelheid neemt gemiddeld over Nederland tot 2030 naar verwachting meer af dan vorig jaar was ingeschat. Dit komt door de nieuwe regels voor de uitstoot van zeeschepen op de Noordzee en doordat de uitstoot die Nederland vanuit het buitenland bereikt lager is geraamd.

Emissiefactoren voor wegverkeer in Nederland

TNO en het PBL publiceren jaarlijks cijfers over de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen door het wegverkeer in Nederland. Deze cijfers, de ‘emissiefactoren’, geven de uitstoot van een aantal luchtverontreinigende stoffen weer per afgelegde kilometer voor een gemiddelde verkeersstroom. De gegevens worden gebuikt in verspreidingsmodellen, waarmee kan worden berekend wat de bijdrage is van de uitstoot van het wegverkeer aan concentraties van luchtverontreinigende stoffen in de buurt van verkeerswegen. De emissiefactoren worden conform de Regeling Beoordeling Luchtkwaliteit 2007 jaarlijks voor 15 maart openbaar gemaakt door de minister van Infrastructuur en Milieu (IenM).
De huidige rapportage beschrijft de emissiefactoren die in maart 2017 zijn gepubliceerd. De methoden waarmee de emissiemetingen door TNO worden uitgevoerd en vervolgens door TNO en PBL worden verwerkt tot emissiefactoren zijn beschreven in de rapportage ‘Assessment of road vehicle emissions: methodology of the Dutch in-service testing programmes’
 

Auteurs

G.J.M. Velders, J.M.M. Aben (RIVM), G.P. Geilenkirchen (PBL), H.A. den Hollander, L. Nguyen, E. van der Swaluw, W.J. de Vries, R.J. Wichink Kruit (RIVM)

Kenmerken

Publicatietitel
Grootschalige concentratie- en depositiekaarten Nederland. Rapportage 2017
Publicatiedatum
7 Juli 2017
Publicatie type
Publicatie
Productnummer
2935